De wandeling

Deze zondag ging ik mijn moeder een beetje vertroetelen. Ik vroeg haar waar ze naartoe wilde. Ik noemde wat opties: naar een rommelmarkt of op het terras zitten bij Peerke Donders. Ze wilde graag naar de Rustende Jager omdat ze daar vaak met mijn vader kwam.

Bij de Rustende Jager vinden we een mooi parkeerplekje. Lekker dicht bij het terras. Maar voordat we wat gaan drinken, willen we eerst een stukje wandelen. We lopen op het fietspad het bos in. Mijn moeder stapt lekker door en duwt de rollator vooruit. Ik zie dat ze loopt te genieten.

Terwijl mijn moeder zo lekker doorstapt, zeg ik op een gegeven moment dat ze zich wel moet realiseren dat ze ook weer dezelfde afstand terug moet lopen. Ze schrikt een beetje, maar herpakt zich snel. Ze kan nog wel even lopen. We zien een zandpad met veel mul zand dat zo’n 100 meter doorloopt. Aan het eind van het pad zie ik dat er een mooi weids uitzicht moet zijn. Ik stel voor om dat pad in te slaan en bij dat uitzicht even te rusten. Ze vind het een goed plan.

Het zandpad is voor mijn moeder eigenlijk niet makkelijk lopen, maar met een beetje hulp van mij lukt het. Mijn moeder gaat op het zitje van haar rollator zitten en geniet zichtbaar van het uitzicht. We zien een herder met zo’n 50 schapen. De herdershond doet goed zijn best om de kudde bij elkaar te houden. We vinden het erg bijzonder wat we zien en zijn dankbaar dat we het ook mogen aanschouwen. Samen genieten we van dat tafereeltje.

We besluiten om terug te gaan. Moeizaam staat mijn moeder op. Ze is een beetje stram van het zitten. Ik merk dat ze toch moe is. Op het zandpad loopt ze door de vermoeidheid erg te wankelen, ondanks de steun van de rollator. Ik leg daarom mijn hand op rug. Ze voelt de steun en gaat vaster lopen. Als ik mijn hand een beetje optil, loopt ze energieker door. De vermoeidheid is verdwenen. We lopen naar De Rustende Jager terug.

Als we bijna bij het terras zijn, zeg ik lachend tegen haar: “Er is voor ons al een plekje op het terras gereserveerd”. Mijn moeder glimlacht. Bij het volle terras help ik mijn moeder de verhoging van het terras op. Nergens zie ik een lege tafel. Er is voor ons nog geen plekje. Dan zie ik wat mensen opstaan en vraag: “Gaan jullie weg? Dan kunnen wij hier gaan zitten”. De mensen bevestigen dat ze weggaan. Een vrouw van dat clubje zegt lachend tegen me: “We hebben ook een koekje voor jullie achter gelaten”.

Ik help mijn moeder met de rollator en ondersteun haar als ze gaat zitten. De lege flesjes en kopjes van de vorige bezoekers op ons tafeltje schuif ik een beetje aan de kant. Ik zie het koekje dat die lachende mevrouw bedoelde. Het ligt nog in zijn verpakking op tafel. Ik pak het op om het beter te bekijken. Het koekje is in de vorm van een hart.